Het is voorjaar, dus zaaitijd van de akkerranden

Laat voorjaar

Soms lijkt het voorjaar, maar april doet wat hij wil. Tijdens het schrijven van de nieuwsbrief zijn er in ieder geval behoorlijk hevige buien, forse windstoten en onweer. Zeker voor de boeren in de Hoeksche Waard is het een ‘laat voorjaar’ met heel laat zaaien van suikerbieten en uien en ook de aardappelen gaan laat de grond in.

Zakje zaaizaad

Maar als de zon even schijnt begint het bij de tuinliefhebbers te kriebelen en willen ze aan het werk. Voor onze donateurs stellen we, net als andere jaren, graag weer een zakje bloemenzaad van het 1-jarige akkerrandenmengsel beschikbaar. Dat zorgt voor veel fleur in uw tuin en stuifmeel en nectar voor de bijen en vlinders.

Heeft u belangstelling voor een zakje bloemenzaad, geeft dat dan – met vermelding van uw naam, adres en telefoonnummer – door via info@rietgorsinfo.nl. Dan zorgen wij het zakje met zaaizaad bij u in de brievenbus komt. In het zakje zaaizaad zit gemiddeld 20 gram, voldoende voor circa 10 m2. Wilt u iets meer zaaizaad, geef dat dan ook in de email aan.

Vals zaaibed

Een goed resultaat van het zaaien hangt samen met een goede voorbereiding. Voor bloemenzaad is het belangrijk dat de bodem niet te koud meer is. Omstreeks eind april/begin mei kan er in het algemeen goed worden gezaaid. Zeker zo belangrijk is ook dat de grond onkruidvrij is en een goede structuur heeft. Begin daarom zodra het wat droger wordt zo snel mogelijk met de voorbereiding van het zaaien door het maken van een ‘vals zaaibed’. Hierbij maakt u de grond waar u wilt zaaien heel ondiep los en herhaal dat een of twee keer. Onkruid dat aan het kiemen is ruimt u hiermee op. Dit geldt uiteraard niet voor wortelonkruiden zoals paardenbloem of kweekgras. Steek die met een onkruidsteker of stevig schepje uit. Let erop dat u de grond niet te diep losmaakt. Hierdoor kan de grond te sterk uitdrogen wanneer het warmer en droger wordt.

Soorten

Behalve dat het zaadmengsel is geselecteerd op aantrekkelijkheid voor nuttige insecten is ook een zo lang mogelijke bloeiperiode een belangrijk uitgangspunt. Als eerste bloeien boekweit en gipskruid, daarna wordt het mengsel kleurrijker door de soorten die wat later in bloei komen, zoals gele kamille en ganzenbloem. De cosmea blijft doorgaan tot aan de eerste nachtvorst. Naast bloemen zit er voor de vogels ook wat graan in het mengsel.